De Bewoners


——Milo onze Friese Wetterhoun——–

De belangrijste bewoner van het huis is Milo de hond. Milo is een Friese Wetterhoun geboren op 29 November 1999. Dit oude ras wordt in Friesland gebruikt voor de jacht op waterwild. De vachtstructuur maakt hem uitermate geschikt voor een buitenleven en water. Vooral voor de jacht op de otter was dit ras geschikt. Doordat otters felle beestjes zijn was een felle en moedige hond nodig. De Wetterhoun voldeed aan alle eisen voor dit doel. 

Helaas werd de Wetterhoun in Nederland verdrongen door andere buitenlandse waterhonden. Momenteel wint het ras weer populariteit en ziet men hem vaker op Nederlandse tentoonstellingen. Het is een felle en moedige hond die ook uitstekend dienst doet als waakhond.

Gebruik:

Werkhond, gezinshond.

  • Activiteit:
  • De Wetterhoun heeft veel beweging nodig.
Verschijning:
  • Algemeen: De Wetterhoun oogt fors en vierkant. Het lichaam is kort met brede en diepe borst. De ribben zijn rond. Rechte, korte rug en een matig opgetrokken buik. Matig lange benen met sterk bot. Ronde, korte en krachtige hals.
  • Kleur: Zwart, blauw- of bruinschimmel.
  • Hoofd en schedel: Het hoofd is groot en breed. De schedel is rond en oogt breder dan lang. De snuit is eveneens breed en eindigt stomp. Overigens is de snuit even lang als de schedel. Geringe stop. De lippen sluiten goed aan en hangen niet. De ogen zijn donkerbruin en eventueel bruin voor bruine honden. Middelmatig lange oren die vlak hangen. Schaargebit.
  • Staart: De staart is karakteristiek voor het ras. Matig hoog aangezet en spiraalvormig over het kruis gedragen.
  • Voeten: Rond met goed ontwikkelde voetzolen.
  • Beharing: De hond is overdekt met krullen die stevig en dicht zijn. Op het hoofd is de beharing glad. De staart eindigt in een pluim en is geheel bedekt met krullen. Deze beharing maakt hem ongevoelig voor weersomstandigheden.
  • Schofthoogte: Reu: 55 cm, Teef: iets minder.
Aard:
  • Moedig
  • Scherp
  • Zelfstandig 
  • Waakzaam
  • Harde werker
  • Intelligent

Milo heeft een vriendinnetje, haar naam is Soera, de hond van de overburen. Zie foto´s hieronder.

Onze dochter Anne heeft haar spreekbeurt over Friese hounen gehouden, de tekst is hieronder in zijn geheel afgedruk

De Friese hounen.

Ik houd mijn spreekbeurt over de Friese hounen omdat ik het een leuk onderwerp vind, omdat we er een hebben en omdat ik er veel informatie van heb. Ik hoop dat jullie het leuk vinden.

Wat zijn Friese hounen?

Friese hounen zijn 2 soorten honden: de stabijhoun en de wetterhoun. Ze lijken niet zo erg op elkaar.

Het is nog niet zo lang geleden dat ze werden erkend. In mei 1942 verschenen voor het eerst 2 stabijhounen en wetterhounen.

De geschiedenis van de Stabyhoun.

De Stabyhoun werd vroeger gebruikt bij de jacht op bijvoorbeeld konijnen en vogels.

Hij kwam vooral voor in het oosten en zuidoosten in de Friese Wouden van Friesland. Zijn bijnaam was “bijke” en hij kwam vooral veel voor op de boerderijen. Behalve als jachthond werd hij ook gebruikt als waakhond en trekhond. Bovendien kon hij heel goed mollen en bunzings vangen.

Over de afkomst is niet veel bekend. Vanaf ongeveer 1800 komt hij in verschillende boekjes voor. Waarschijnlijk  is de Stabijhoun afkomstig van Spaanse rassen, die tijdens de Spaanse bezetting meegekomen waren naar het noorden.

Nu wordt de Stabyhoun gehouden als gezelschaphond. In het buitenland kom je hem haast niet tegen.

De geschiedenis van de Wetterhoun.

De Wetterhoun wordt in Friesland gebruikt voor de jacht op waterwild. De structuur van de vacht maakt hem geschikt voor buitenleven en voor water. Vroeger werd dit ras vooral gebruikt voor jacht op otters. Otters zijn felle beestjes, dus was er een felle hond voor nodig, en dat is de Wetterhoun. In Nederland werdt de Wetterhoun verdrongen door buitenlandse waterhonden. Nu zie je hem vaker op Nederlandse tentoonstellingen.

Het is een felle en moedige hond en is een goeie waakhond.

Hoe zie Friese Hounen eruit?

De Stabyhoun. De Stabyhoun is krachtig gebouwd.

Hij kan: zwartbont, blauwbont, bruinbont en oranjebont van kleur zijn. Hij heeft een zwarte neus, behalve als de hond niet zwart-wit is, dan kan de neus ook bruin zijn. Bij de zwart-wit bonte Stabyhounen zijn de ogen donker bruin. Als de hond bruin-oranje bont is, zijn de ogen iets lichter. Zijn oren hangen. De staart is lang, hangt naar beneden en is bossig. Hij heeft lange haren maar op het hoofd zijn de haren korter. Een mannetjes hond, een reu, wordt maximaal 50 cm groot. Het vrouwtje, de teef, wordt iets kleiner.

De Wetterhoun. De Wetterhoun ziet er fors uit. Hij heeft een breed hoofd en ziet er een beetje boziger dan de Stabyhoun uit. Toch lijkt dat maar zo. Hij is heel gevoelig en moet vriendelijk behandeld worden. Hij kan van kleur zwart, blauwschimmel of bruinschimmel zijn. Zijn ogen zijn donkerbruin, alleen bij bruine honden zijn de ogen bruin. De staart van de Wetterhoun is spiraalvormig, staat omhoog en heeft lange haren. Hij heeft krullen en op zijn hooft zijn zijn haren glad. Een reu wordt ongeveer 55 cm en de teef wordt iets kleiner.  

De aard van de Stabyhoun

De Stabyhoun is gemakkelijk te trainen,

een goede, veelzijdige waakhond, hij is schrander en rustig.

Hij past zich gemakkelijk aan, aan het stadsleven en moet mits geregeld uit worden gelaten. Het liefst jaagt hij achter hazen en mollen aan.  

De aard van de Wetterhoun

De Wetterhoun  is moedig, scherp, Hij is zelfstandig, waakzaam, intelligent, en een harde werker.

Hij heeft veel beweging nodig.

Met de Stabyhoun op jacht.

De Stabyhoun is goed op het jagen van duiven en eenden. Als er in de buurt een wild dier is, kan je dat aan hem merken. Waterwerk is een van zijn sterkste punten. Bij een hoge kant komt hij gemakkelijk op de kant. Op de jacht van fazanten en konijnen is hij goed. Als hij er een op het spoor heeft, is dat ook echt zo, want zijn neus liegt nooit. Ook op de jacht van de hazen is hij erg goed. Hij apporteert de haas goed.

Met de Wetterhoun op jacht.

Ook de Wetterhoun is goed met de jacht. Hij pakt het beest niet, maar geeft wel aan waar het dier zit. Er zijn maar weinig Wetterhounen die dat wel doen. Bij het werken in de dekking, dat is in het bos, bramenstruiken en struiken, gaat hij overal door en apporteert ook goed. Hij jaagt zeer zelfstandig.

Er zijn weinig mensen die weten wat de Stabyhoun en de Wetterhoun allemaal kunnen. Ze doen hun werk met erg veel plezier en hebben een goed doorzettingsvermogen.     

Fokkersdag

Fokkersdag is een dag waarop een bepaald ras honden naar elkaar toekomen, bijv. friese hounen. Iedereen die een Stabyhoun of een Wetterhoun heeft en lid is van de rasvereniging mag op de fokkersdag komen.

Op de fokkersdag worden alle nesten, die in dat jaar geboren zijn uitgenodigd. Alle bazen van de vader- en moederhonden en de pups komen op een tijd die op de brief staat die je ontvangt als je komt. Als je er bent krijg je een boekje met de namen van iedereen die er is. Dan moet je naar de anderen van het nest gaan en wachten tot je aan de beurt bent. Als je aan de beurt bent gaan ze kijken hoe de hond er uit  ziet en ze kijken naar zijn aard. Dat schrijven ze op een blad dat ze moeten invullen en dat krijg je als ze met alle honden van het nest klaar zijn. Soms krijg je ook nog wat andere dingen mee zoals een vaantje, brokjes van een merk met reclame, boekjes of andere dingen.

Wormen

Er zijn 3 soorten wormen, dat zijn spoelwormen, haakwormen en zweepwormen.

Spoelwormen. Spoelwormen leven in de dunne darm van de hond. Ze zijn ongeveer 18 cm lang en zien er uit als spaghettidraden. Jonge honden zijn bijna altijd besmet met spoelwormen, maar bij volwassen honden is het soms bijna niet merkbaar.

Ze krijgen rondwormen voor de geboorte via de baarmoeder of na de geboorte via de moedermelk. Als puppies het dan hebben kunnen ze dood gaan of ernstig hoesten. Het kan ook besmettelijk zijn voor mensen. Dat kan bij kinderen die met de hond spelen of door contact met uitwerpselen.

Haakwormen. Jonge hondjes kunnen met deze darmparasieten. Dit kunnen ze krijgen via de moedermelk, vervuilt met besmette uitwerpselen van andere honden of vossen of door het eten van gras of aarde. Deze soort worm is tientallen keer kleiner dan de spoelworm. Haakwormen veroorzaken ernstige schade omdat ze zich voeden met darmcellen of bloed. Honden die haakwormen hebben kunnen bloedarmoede, diarree, lusteloosheid, een doffe vacht of andere dingen krijgen.

Zweepwormen. Zweepwormen zijn ongeveer 7,5 cm lang. Zij boren zich diep in de slijmhuid van de dikke darm. Ze veroorzaken waterige diarree doorspekt met vers bloed. Een hond wordt besmet door rijpe wormeieren op te likken van besmette honden of vossen.

Lintwormen. Er zijn ook lintwormen. Ze zijn van enkele millimeters tot enkele meters lang. De lintwormschakels zijn te vinden in de vacht of de uitwerpselen van een hond. In deze schakels zitten eitjes, waar later lintwormlarven uitkomen. Ze worden door andere honden opgenomen. De hond kan door de larven op te eten besmet worden. Al de hond lintwormen heeft kan hij vermageren of een doffe vacht krijgen. je kan merken dat je hond het heeft door de uitwerpselen of doordat je ze ziet op hun vacht. De lintworm is niet gevaarlijk voor de mens.

Prednison

Prednison is een geneesmiddel dat bij honden wel eens gebruikt wordt bij jeuk klachten. Na de prik gaat het een week fantastisch en de hond is van zijn jeuk af.

Ook de vlooien worden intussen bestreden.

Na een week komen er echter kale plekken aan twee kanten (= symmetrisch). Door de prednison gaat zijn schildklier te traag werken  en wordt de werking van de hormonen verstoord.

Prednison mag daarom nooit gebruikt worden bij de Wetterhoun, omdat bij alle Wetterhouns de schildklier te langzaam gaat werken door dit middel. Bij alle anderen honden kan dat wel.